Christian Horner is optimistisch dat zijn F1-team de extra moeilijkheidsgraad doorstaat in 2023. De straf voor het overschrijden van de budgetcap, waarbij het team tien procent aan aerodynamische testuren inlevert, staat daarentegen wel hoog op de agenda van de teambaas van Red Bull Racing. Een unieke uitdaging, stelt Horner. Evenals een uitdaging die past bij de tijdgeest van de sport. Toch mogen de reglementen van het budgetplafond nog beter in uitvoering, denkt de Brit.
Horner deelt update over straf budgetplafond
Red Bull Racing verkoos liever als team te strijden tegen het probleem, in plaats van aanhoudende ruis verdragen door een slepende rechtszaak. Het accepteren van de gevolgen, nadat de beerput opengetrokken werd; eigenlijk de enige reële optie.
Het probleem in de kern - dat Red Bull Racing performance zou hebben gewonnen met de overschrijding van het budgetplafond - dat is waar de imageschade zit ongetwijfeld. En tegelijkertijd is deze straf verdragen en competitief blijven ook wel waar eerherstel wacht.
De aero-straf zal per kwartaal geïncasseerd moeten worden, onthult Horner in gesprek met Racer: “Het beperkt aanzienlijk het aantal runs dat we per kwartaal in onze windtunnel kunnen doen. En ik denk dat het team zich daaraan moet aanpassen. En het betekent gewoon dat je wat gerichter en gedisciplineerder moet zijn in wat we testen in de tunnel of in onze simulatietools.”
"We hebben bijna een kwart van de straf uitgezeten, uiteraard heeft dat effect.”
"Dus het is een andere uitdaging. En het is zeker een handicap voor dit jaar, maar we hebben zeer bekwame mensen die uiteraard het beste uit ons willen halen en ons zo efficiënt en effectief mogelijk willen inzetten”, vervolgt hij.
Teambaas in dubio over implicaties
Ondanks de haken en ogen, is het budgetplafond ook wel een welkome challenge: "Ik denk dat het principe geweldig is en dat het de efficiëntie ten goede komt. Als ik nu naar het bedrijf kijk, vergeleken met waar het vier of vijf jaar geleden was, zouden we eindigen met een grote voorraad gloednieuwe reserveonderdelen die nooit zijn gebruikt, en dan zijn ze gewoon schroot. En nu kun je je dat gewoon niet meer veroorloven. Je moet zo effectief en efficiënt zijn.”
De Brit ziet daarentegen dat de budgetcap nog niet geoptimaliseerd is, waardoor flinke kostenposten niet meegerekend worden. Kosten die met name voor klantenteams behoorlijk kunnen oplopen, als je spreekt over zoiets als motoren. Andere dure ontwikkelingen aan de auto komen daardoor alsnog in gedrang: "Ik denk dat er misschien nog steeds te veel gewicht aan wordt toegekend, omdat we nog steeds zeer dure motoren en zeer dure auto's ontwerpen, omdat de technische voorschriften je daartoe aanzetten. En ik denk dat de technische en sportieve regels bij het chassis voor 2026 we meer moeten kijken naar de kostendrijvers, die door die technische regels worden aangestuurd, waardoor de druk op het budgetplafond zelf afneemt", aldus Horner.
0 reacties