Volgens presentator Frits Barend liggen de wereldtitels van Max Verstappen, vooral aan 80% procent aan de auto van de Nederlander.
Max Verstappen wist laatst in Las Vegas zijn 4e wereldtitel veilig te stellen, ondanks dat het 2024 seizoen een stuk moeilijker ging voor de Nederlander. Dat Verstappen dit jaar zijn 4e titel rij op rij wist te pakken, was genoeg reden voor het NOC*NSF om de Nederlander weer te nomineren voor sportman van het jaar. Naast Verstappen zijn dit jaar ook Harrie Lavreysen, Abdi Nageeye en Mathieu van der Poel genomineerd. Verstappen won deze prijs al in 2016,2021 en 2022. Verstappen komt echter nooit naar het gala omdat hij de verkiezing oneerlijk vindt. Waarom vindt Verstappen deze verkiezing voor de beste sportman/vrouw oneerlijk? Volgens hem verdienen veel atleten deze bijzondere prijs, en moet er niet elk jaar één persoon uitgelicht worden door een vakjury.
In het Tv-programma Goedemorgen Nederland van WNL, laat Frits Barend weten dat hij van mening is dat Verstappen zijn succes vooral te danken heeft aan zijn auto:“Nou, dan gaat het voor mij tussen de twee wielrenners, waar ik ook het meest van geniet. Max Verstappen, dat is toch voor 80 procent de auto in mijn ogen”, begint hij.
Dan krijgt Barend als reactie te horen dat veel mensen met hem oneens zijn:"Nee, die 20 procent maakt hem dus beter. Dat is die 20 procent. Hij is absoluut de beste coureur, maar zet hem in een andere auto en hij wint niet. Zet Mathieu van der Poel op een gemiddelde andere fiets en hij wint nog.”
“Nogmaals: hij is verreweg de beste coureur, zonder twijfel, en hij is een prachtig uitgangbord. Maar wielrenners moeten er volgens mij nog iets meer voor werken,“Al moet hij ook keihard trainen, dat heb ik ook wel gezien", sluit de 77-jarige presentator af.
Lees het artikel op de mobiele website