Lewis Hamilton heeft zich uitgesproken voor een grotere rol van de rijdersvakbond GPDA (Grand Prix Drivers’ Association) binnen de besluitvorming van de sport. Volgens Hamilton is het hoog tijd dat coureurs niet langer slechts uitvoerders zijn van regels die boven hun hoofden worden opgesteld, maar actief worden betrokken bij het vormgeven van de toekomst van de Formule 1.
Frustratie over communicatie met FIA
Aanleiding voor zijn oproep zijn recente spanningen tussen de coureurs en de FIA. Vorige winter voerde de FIA strengere sancties in voor het gebruik van ongepaste taal, inclusief vloekwoorden. Die maatregel leidde tot wrevel in het rijderskamp, mede doordat deze zonder directe betrokkenheid van de GPDA tot stand kwam. Hamilton benadrukte tijdens de persconferentie voorafgaand aan de Grand Prix van Miami dat het gebrek aan communicatie en inspraak inmiddels structureel is geworden.
“We hebben geen machtspositie aan tafel”, stelde Hamilton. “Dat moet veranderen. In andere topsporten hebben spelersvakbonden een duidelijke stem bij belangrijke beslissingen. In de Formule 1 zouden wij als rijders ook meer zeggenschap moeten hebben, niet om de controle te nemen, maar om gehoord te worden.” Hij wijst erop dat veel regels direct impact hebben op de veiligheid, het gedrag en de presentatie van de coureurs, en dat het daarom logisch is dat hun perspectief een grotere rol speelt.
Scepsis over woorden zonder daden
De GPDA, waarin onder anderen George Russell zit als bestuurslid, probeert al enige tijd een constructievere samenwerking met de FIA te realiseren. Hoewel FIA-president Mohammed Ben Sulayem onlangs via sociale media aangaf open te staan voor aanpassingen, blijft de scepsis groot. “We willen geen mooie woorden, maar concrete acties,” aldus Russell. “Zolang er niets verandert, blijven het loze beloften.”
Hamilton is van mening dat betere samenwerking de sport ten goede zou komen. “Het gaat niet om het verdelen van macht, maar om gezamenlijk bouwen aan een eerlijkere en modernere Formule 1.”
0 reacties